Thursday, 25 October 2012

Een Birmese monnik op de vlucht “Als mijn land me nodig heeft ga ik terug”


Monnik Ashin Kovida heeft in het westen zijn vrijheid herwonnen. Maar het lot van zijn land blijft hem bezig houden, want in Birma is religie politiek en omgekeerd. Dit jaar vinden voor het eerst sinds 1990 verkiezingen plaats. Een keerpunt of oude wijn in nieuwe zakken? “Als oppositie zullen we er alles aan doen om het proces te verstoren.”
Sinds zijn vlucht naar Zwitserland kan hij weer zeggen wat hij denkt, zonder over zijn schouder te hoeven kijken. Maar Ashin Kovida liet in Birma ook veel achter; zijn manier van leven als monnik bijvoorbeeld. “Het is moeilijk om in Europa de voorschriften die gelden voor monniken strikt na te leven,” zegt hij. “In Birma kookte ik nooit. Ik ging met mijn bedelnap ’s ochtends langs de huizen. Nu moet ik zelf mijn potje maken. Ook mijn kleding heb ik noodgedwongen aan moeten passen aan het klimaat in Zwitserland. En ik kan er niet omheen dat ik wat bezittingen heb.”
Het contrast met zijn geboortegrond, een klein dorpje in de provincie Magway, had niet groter kunnen zijn. In Birma had hij maar enkele uren per dag de beschikking over elektriciteit. De armoede was groot. Voor toeristen was het gebied rond Magway niet toegankelijk. Er viel dan ook het nodige te verbergen. Vlakbij het dorp waar Ashin Kovida geboren werd, bouwde het regime een dam, in de Monchaung rivier. Daardoor kwamen twintig dorpen onder water te staan. Niemand werd door de staat schadeloos gesteld. “Ook mijn familie raakte alles kwijt.”

Toen hij achttien werd liet Ashin Kovida de materiële wereld achter zich en ging hij het klooster in. In eerste instantie om zijn vader te plezieren. Ashin Kovida: “Hij wilde graag dat ik de dharma ging bestuderen. Nu ben ik hem dankbaar. Het leven in het klooster heeft me niet alleen spiritueel verrijkt, het heeft me ook in staat gesteld om onderwijs te volgen. Voor veel Birmezen is dat niet weggelegd.”
In het klooster hield Ashin Kovida zich niet bij de boeddhistische leer alleen. Hij zette een illegale bibliotheek op, waar dorpelingen boeken konden lenen die niet via normale kanalen verkrijgbaar waren. Zoals het boek Vrij van angst van oppositieleidster Aung San Suu Kyi. “Als we toestemming hadden gevraagd zouden alle boeken door de censors gecontroleerd worden,” zegt Ashin Kovida. “We werden dan ook gewantrouwd. Soms kwamen de lokale autoriteiten langs om vragen te stellen. We zeiden dat we boeken verzamelden. Het was een woordspelletje. Illegale literatuur verstopten we natuurlijk goed.”
Het klooster groeide uit tot een bolwerk van subversiviteit. Ashin Kovida gaf Engelse les, maar hij gebruikte de lessen ook om te vertellen over het nieuws dat niet in de krant stond. Ook werden bijeenkomsten georganiseerd, waar driftig werd gedebatteerd. Toen de monniken in 2006 verhaal gingen halen bij het politiebureau, omdat een agent stelselmatig arrestanten folterde en geld aftroggelde was het geduld met de ‘lastige’ monniken op. Arrestaties waren op til en dus vluchtte Ashin Kovida met hulp van een Canadees echtpaar naar het buitenland.
In Birma zijn politiek en boeddhisme van oudsher nauw verbonden. Bijna negentig procent van de Birmezen is Theravada boeddhist. De boeddhistische leerstellingen maken integraal onderdeel uit van de koers van de Nationale Liga voor Democratie, de belangrijkste oppositiepartij. NLD-leidster Aung San Suu Kyi predikt geweldloos verzet en doorspekt haar speeches en artikelen met begrippen als metta en cettana, om haar verzoeningspogingen te accentueren. Voor oppositieleiders als Tin Oo en Aung San Suu Kyi is vipassana meditatie bovendien een middel om celstraf of huisarrest draaglijk te maken. Aung San Suu Kyi heeft van de laatste twintig jaar er dertien in gevangenschap doorgebracht.
Het regime probeert zichzelf te legitimeren door zich publiekelijk met het boeddhisme te associëren. De staatskranten publiceren regelmatig verhalen over generaals die pagodes bouwen en donaties te verstrekken aan belangrijke monniken. Het eerste wat dictator Than Shwe deed toen hij enkele jaren terug de nieuwe hoofdstad Naypyidaw liet bouwen, was er een pagode neerzetten die net zo hoog was als de beroemde Shwedagon pagode in Rangoon.
In de redenering van het leger speelt geloof in de cyclus van wedergeboortes een belangrijke rol. Wie een hoge positie bekleedt in dit leven heeft daarvoor in een vorig bestaan de verdienste verzameld, zo wordt in de volksmond gedacht. De junta ziet er een mooi instrument in om het volk gedwee te maken. In de praktijk laat echter niemand zich foppen door de doorzichtige spelletjes van de regering.
Het laatste restje religieuze krediet werd door de regering verspeeld in september 2007, toen de monnikendemonstraties in de straten van Rangoon met bruut geweld werden neergeslagen. De schokkende beelden op CNN leidden wereldwijd tot verontwaardiging. Het slaan van monniken is in de Birmese maatschappij, waar monniken worden vereerd, ongeveer de grootste misdaad die kan worden begaan. “De haat over wat de regering de monniken toen heeft aangedaan zit bij het volk nog altijd erg diep,” zegt Ashin Kovida. “Niemand is die zwarte bladzijde vergeten.”
Waarom gingen de monniken in 2007 de straat op? Doorgaans heeft de sangha geen politieke agenda en de monniken hebben ook geen eigen partij. Ashin Kovida vertelt. “Als monniken hebben we alles opgegeven. Maar we leven niet in een isolement. Elke dag eten we het eten dat door de mensen aan ons wordt gegeven. De mensen leven in angst. Ze worden onderdrukt en zijn arm. Het zijn verhalen die wij als monniken dagelijks horen. We hebben geen rapporten van de VN nodig, wij weten dit als eerste. Als monniken voelen we ons verantwoordelijk. Dat was de reden dat de monniken in 2007 de straat opgingen. Het water stond ons volk aan de lippen.”
De prijs die de monnikenkaste voor haar verzet betaald heeft is hoog. Leiders van de All Burma Monks Alliance, die voorgingen tijdens de demonstraties, werden opgepakt en kregen hoge straffen opgelegd. Zo zit de bekende monnik U Gambira op dit moment een straf van 63 jaar uit. Tijdens nachtelijke razzia’s werden kloosters in Rangoon, Pakokku – waar de demonstraties ontsprongen – en Mandalay gezuiverd van opstandige elementen. Daarna werd de sangha in het gareel gebracht.
Ashin Kovida: “De monnikenkaste wordt tegenwoordig georganiseerd door het Ministerie van Religieuze Zaken. Elke abt van elk klooster wordt aangesteld door de regering. Sommige monnikenleiders worden omgekocht. Anderen zijn te oud en te bang om verzet te plegen. De demonstraties van 2007 waren dan ook het werk van de jonge generatie.”
Ondanks alle repressie blijft de junta vrees houden voor de monniken, zegt Ashin Kovida. “Tot op de dag van vandaag gaan de arrestaties door. Enkele dagen terug zijn vier van mijn voormalige studenten gearresteerd. Mijn klooster is in dit opzicht niet uniek. In het hele land vinden arrestaties plaats. De regering vreest de nieuwe religieuze boycot die door de sangha is aangekondigd.”

Peace Now online

Popular Posts

EVENTS

Sat 10 Nov 2012
BABSEA 2nd Annual Access To Justice Public Interest Fair
"justify">Get information and help support local community-based organizations, build a network, and find out about job and volunteer opportunities at this fair showcasing the work of NGOs working in Southeast Asia.
Where: Kantary Hills Hotel, 44 Nimmanhaemin Road, Soi 12, Chiang Mai
Time: 11 a.m.–4:30 p.m.
Entrance: free
Contact:chiangmai@thebestfriend.org

The Best Friend © 2012. All Rights Reserved | Simple Templates |Powered by Blogger. | Designed By Maung Thet